Technische onderzoeken ⮞ Beeldvorming

Beeldvorming

Structurele beeldvorming in de vorm van een CT of een MRI wordt minstens eenmaal aanbevolen bij de diagnostische evaluatie van dementie (Sterke aanbeveling, matig niveau van bewijskracht).

MRI of CT ?

Voordelen van MRI ten opzichte van CT

  • Betere sensitiviteit voor opsporen van subtiele vasculaire aantasting (bij kleine of lacunaire infarcten)
  • Betere sensitiviteit voor opsporen specifieke aandoeningen (MS, FTD, corticobasale degeneratie, progressieve supranucleaire parese)
  • Vermijden van ioniserende straling

Nadelen van MRI ten opzichte van CT

  • Langere wachttijd
  • Claustrofobisch effect
  • Lange periode stil liggen
  • Contra-indicaties: pacemakers, inwendige defibrillatoren, neurostimulators, cochleair implant, sommige vasculaire clips,...

Momenteel is er weinig prijsverschil tussen MRI en CT volgens huidige conventietarieven.


Waarom beeldvorming?

Uitsluiten van potentieel behandelbare oorzaken van verlies van cognitieve functies

  • bijvoorbeeld: hersentumor, subduraal hematoom, hydrocefalie

Opsporen van factoren die onbehandelbaar zijn, maar wel impact kunnen hebben op de prognose behandeling van het dementieel syndroom

  • bijvoorbeeld: visualiseren van aanwezigheid van concomitante cerebrovasculaire schade 

Ter differentiatie tussen de verschillende subtypes van dementie

  • bijvoorbeeld: in beeld brengen van patroon en mate van hersenatrofie (Alzheimer toont typisch atrofie mediotemporaal) 

Doch: aandeel van behandelbare, reversibele oorzaken bij vermoeden van een dementieel syndroom wordt geschat op minder dan 1%

Soms kan het aangewezen zijn om geen beeldvorming uit te voeren. Dat kan bijvoorbeeld van toepassing zijn bij patiënten met en reeds vergevorderde dementie waarbij de diagnose van dementie duidelijk is (1).

←  Bloedname


Bron

1. De Brandt Marlies, Bakker Sicco, Flerackers Steven, Stulens Thomas, Verschraegen Jurn, De Lepeleire Jan: Richtlijn Diagnostiek van dementie in de huisartsenpraktijk, 2020, Leuven/Antwerpen, Academisch Centrum Huisartsgeneeskunde KU Leuven/ Expertisecentrum Dementie Vlaanderen. ISBN: 9789075828351. Naar de richtlijn